Hawaï 2000
Drie Nijmeegse schrijvers delen hun nieuwste werk
Hawaï 2000 | Hoofdstuk 4
Hoewel de Hawaï 2000 een levertijd heeft van acht weken, krijg ik na twee weken een telefoontje van een onbekend nummer.
‘Met Lin.’
‘Goedemiddag, spreek ik met mevrouw Bankers?’
‘Ja.’
‘Dag mevrouw, u spreekt met Roy van Seats. U zou hier moeten komen werken.’
‘Die grap zag ik niet aankomen.’ Het is even stil aan de andere kant van de lijn. Roy schraapt zijn keel en bladert hoorbaar door wat papieren.
‘Ja, ik bedoel met uw naam en zo.’
‘Ik snap hem, Roy.’ Roy schraapt nogmaals zijn keel, wat luider dit keer. Ik stel me voor hoe hij aan het puntje van zijn snor draait.
‘Heb jij een snor, Roy?’
‘Pardon, mevrouw?’
‘Heb je een snor?’
‘Nee mevrouw, ik ben pas achttien. Mijn snor is nog, nou ja…’
Roy heeft een diepe stem voor een jongen van achttien. Ik moet mijn beeld van hem bijstellen. Een merel vliegt in volle vaart tegen de keukenruit.
‘Verdomme!’ Het komt er harder uit dan bedoeld. Het beestje blijft roerloos op de veranda liggen.
‘Sorry, mevrouw.’
‘Ja, Roy, zo is het leven nu eenmaal. Het kan zomaar afgelopen zijn.’
‘Uw bank is binnen. U moet hem binnen vierentwintig uur ophalen. Dank u wel. Tot ziens.’ Roy spreekt zijn laatste woorden uit alsof hij ze voorleest van papier, dan hangt hij op. Ik herinner me goed dat ik de algemene leveringsvoorwaarden slechts twee weken geleden heb ondertekend, terwijl de verkoper, die geen Roy heette, iets te dicht in mijn aura stond, waardoor ik voortdurend zijn onregelmatige ademhaling volgde. Ik kan me echter niets herinneren van een bepaling die zei dat ik de bank zelf moest komen ophalen, en al helemaal niet binnen vierentwintig uur. Bovendien: ik heb geen auto.
Uitgeverij Vrijdag, Hawaï 2000, oktober 2019
Hawai 2000
Psychotherapeute Lin Bankers zit thuis met een burnout. Haar moeder is onlangs overleden en de verzorging is haar zwaar gevallen. Een gedeelte van haar erfenis besluit ze te besteden aan een nieuwe zitbank, maar die blijkt niet door haar deur te passen. Als Lin besluit de bank voorlopig even op de veranda te laten staan, wordt tot overmaat van ramp haar vader afgeleverd door zijn partner. De oude man is ziek en afgedankt. Lin moet er niet aan denken haar vader binnen te vragen en laat hem op de bank bivakkeren. In de korte periode dat haar vader op de veranda woont, gaat Lin snel achteruit, tot zij de nodige besluiten niet langer kan uitstellen en de cirkel doorbreekt.
Lees ook de romanfragmenten van Annemarie Haverkamp en Steffie van den Oord.