Jaliefgevoel

Elianne van Elderen  - 29 juli 2020

Drie Creative Writing studenten schreven onder begeleiding van docent en schrijver Willem Claassen een column, de komende weken lees je ze hier.

Schrijfdocent Willem Claassen gaf een cursus Columns schrijven aan een groep tweedejaars van Creative Writing ArtEZ. Enkele van hen zonden hun werk in naar Notulen van het Onzichtbare. Hier lees je hun teksten over ontlezing, contactvrees en het ‘jaliefgevoel’.

 

Jaliefgevoel

Iedereen kent de verhalen over zwanen en tortelduiven, die zich hun hele leven binden aan één partner, en hoe dit ook bij ons mensen altijd werd gestimuleerd als ‘hoogst haalbare’. Ik weet van mezelf dat ik een jaloers persoon kan zijn, en onlangs ben ik gaan inzien hoe jaloezie gestimuleerd wordt.

Presentatrice Karley Sciortino behandelt in de docuserie Slutever elke aflevering niet-normatieve thema’s met betrekking tot liefde en seks. In een van die afleveringen duikt ze in de wereld van polyamorie, of: ethische non-monogamie. Al in de eerste minuten wordt het thema jaloezie aangesneden. Iemand zegt: ‘Jealousy pops up in weird ways, you could feel okay about something intellectually, but emotionally you just have this gut reaction.’ Ik denk dat dat direct raakt aan het probleem dat de meeste mensen hebben met non-monogamie: ze worden jaloers zodra ze denken aan hun partner met een ander persoon.

Even later komt een leraar aan het woord die ‘compersion-wrestling-class’ geeft: The scariest place for jealousy is in your imagination, it’s what these people do together when you’re not around.’ Compersie, in het Nederlands ook wel het ‘jaliefgevoel’ genoemd, wordt uitgelegd als het gevoel dat vaak wordt gezien als de tegenhanger van jaloezie. Het is juist blij kunnen zijn dat je partner ergens gelukkig door wordt, zoals je ook voor je vrienden blij bent wanneer ze een huis hebben gekocht.

Ik denk dat het idee van een monogame relatie bijdraagt aan het idee dat je iets ‘fout’ doet of ‘minder waard bent’ wanneer je partner bijvoorbeeld vreemdgaat. Er wordt ons geleerd dat een relatie pas ‘officieel’ en ‘waardig’ is, wanneer naar elkaar wordt uitgesproken dat je voor de ander kiest en daarin monogaam bent. Overal in onze samenleving wordt uitgegaan van monogamie: in hoe nucleaire gezinnen overal als voorbeeld worden gesteld en hoe je geen hypotheek kan nemen met meer dan twee mensen. Monogamie kreeg vooral een boost doordat het christendom haar volgelingen regels oplegde, en door het kapitalisme dat profiteert van zo min mogelijk diversiteit in het systeem.

Ook wanneer je bijvoorbeeld kijkt naar relatietherapie of bronnen met betrekking tot problemen in relaties, wordt er uitgegaan van monogame relaties. Een relatie wordt als ‘kapot’ gezien wanneer iemand intiem is, of soms alleen al wanneer iemand op een bepaalde manier praat, met een ander. We hechten zo veel waarde aan het idee dat een relatie zou moeten bestaat uit twee mensen en dat die twee mensen in alle behoeften van de ander zouden moeten voorzien. Maar daarin gaan we uit van het idee dat iedereen maar kan houden van één persoon tegelijkertijd. Je zou je ook de vraag kunnen stellen: waarom gaan we ervan uit dat één partner moet voldoen aan al je verlangens? Is dat wel iets dat je kan en mag vragen van jezelf en van de ander?

Een open relatie wordt ook vaak gezien als een risico, dat je door middel van een dergelijke vrijeheid je relatie op het spel zet. Alsof je minder toegewijd zou zijn wanneer je ook intiem contact hebt met anderen. Intimiteit is in ons monogame systeem gekoppeld aan het idee van liefde. Dit idee hangt bijvoorbeeld ook samen met het idee dat mensen die meer intieme partners hebben gehad worden gezien als ‘slet’ of ‘makkelijk’, tegenover het traditionele ‘hoogst haalbare’: geen intiem contact tot aan het huwelijk, en daarmee jezelf toewijden aan één persoon voor de rest van je leven. Waarom zou je niet ontzettend veel van iemand kunnen houden en ook andere verlangens kunnen hebben, of van meerdere mensen tegelijkertijd ontzettend veel kunnen houden?

Ik heb het altijd vooral mezelf kwalijk genomen wanneer een partner vreemdging of een ander aandacht gaf. Alsof ik niet genoeg was. Ik zag het direct als een teken dat de ander niet meer van mij hield. Ook voor mij zat dat idee van intimiteit vast aan het idee van liefde; dat je voor één iemand moet kiezen waarmee je alles moet delen. Zodra die persoon intiem was met of gevoelens kreeg voor een ander, dacht ik dat al hun gevoelens voor mij niets waard waren. Het neemt niet weg dat er gemaakte afspraken overtreden zijn en dat blijft kwalijk, maar ik ben daardoor wel gaan nadenken over waarom we lijken te hebben aangenomen dat je maar voor één persoon tegelijkertijd gevoelens kan of mag hebben. Ik weet zelf niet zeker waar mijn voorkeuren liggen op welk spectrum dan ook, en ik weet niet zeker of ik dat ooit zeker ga weten, maar ik weet wel dat ik van elke liefdes- of relatievorm iets kan leren.

Ik wil ook zeker niet pleiten tegen monogamie. Waar ik voor wil pleiten is om bewust te worden van de manieren waarop monogamie de norm is, manieren waarop een gevoel als ‘jaloezie’ aangemoedigd wordt en zelfs andere relatievormen als minderwaardig worden bestempeld. De ene liefdesvorm staat niet boven de ander. We kunnen leren van aspecten van elke andere vorm, ook als dat niet de jouwe is. Ik wil vooral pleiten voor het ‘jaliefgevoel’.

Elianne van Elderen studeert in juni 2021 af aan de opleiding Creative Writing aan ArtEZ met de bundel Geef geen namen aan koeien die je van plan bent te slachten bestaande uit gedichten, fragmentarisch proza, korte verhalen, catalogi, routebeschrijvingen en lijstjes. Ze schrijft over kinderen die hun cavia’s vermoorden en fietstochtjes langs de vleesverwerkingsfabriek in haar Brabantse geboortedorp. Ze stond bijvoorbeeld op het Nijmeegs Boekenfeest en de Amsterdamse Museumnacht en won o.a. de tweede prijs in de finale van Write Now! 2020 en de derde prijs bij De (Turing) Gedichtenwedstrijd 2020.