Dokter, dichter
Op dinsdag 3 december 2024 heeft Thijs Kersten zijn eindproject als afzwaaiend campusdichter gepresenteerd: de poëziebundel Dokter, dichter. Om te kijken hoe poëzie en wetenschap elkaars taal kunnen spreken, is Thijs in gesprek gegaan met wetenschappers van alle faculteiten en gedoken in onderzoeken van sociologie tot sterrenkunde en van rechtswetenschap tot religiestudies. Hieronder een voorproefje in de vorm van drie gedichten. Wil je de bundel kopen? Stuur dan een mailtje naar Thijs (tphkersten@gmail.com) of houd de website/winkel van uitgeverij Loopvis in de gaten.
Fenne gaat viral
Fenne is samengesmolten met haar bureaustoel,
sinds vorige week woensdag. Haar gordijnen zijn dicht,
artificieel licht voedt haar kamerplanten.
Fenne ontregelt de maatschappij van een afstandje. Ze pleegt
cyberterrorisme via Google Maps en Amazon-drones. Ze schuift
verantwoording aan de kant als de ruitenwisser van een zelfrijdende auto.
Ze kan haar eindbestemming in de verte nog net zien.
Ze stuurt drones door graansilo’s, wijzigt al je
fietsroutes naar doodlopende wegen, en laat je Tesla
alle voertuigen van de snelweg rijden. Fenne verwoest,
Fenne blijft veilig. Een team techwonders heeft de techniek gemaakt,
zij gebruikt het. Een tiener vol puistjes programmeert de treinen,
zij haalt de hele Nederlandse Spoorwegen dagenlang
van de kaart en laat die tiener opdraaien voor de schade.
De digitale wereld is het nieuwe Wilde Westen. Fenne schuift
verantwoording voor de schade, voor haar daden in de schoenen van de
maker. Van de ontwikkelaar, de programmeernerd, het techwonder.
Binnenkort heeft ze geen maas in de wet meer om tussen te schuilen.
Het recht ontwikkelt zich net zo snel als de codes,
zodat niet de ontwikkelaar, maar de gebruiker van die tech
voor het gerecht moet komen. Fenne weet het al,
dat ze voor nu onbekend online is, maar straks digitale vijand #1.
Technologische ontwikkelingen vormen een uitdaging voor het recht. Wanneer je auto slecht stuurt en je crasht, kun je makkelijk met vingers wijzen. Dit wordt lastiger bij zelfrijdende auto’s. Klaag je de ontwikkelaar van de technologie aan, of de leverancier die de technologie gebruikt? André Janssen staat in het midden van het ontwikkelende veld van kunstmatige intelligentie en recht, dat zich over dit soort vragen buigt. Hiervoor reist hij de hele wereld over, zo hij kwam net uit Hong Kong toen ik met hem in gesprek ging.
Gepolariseerde glazen
Celia wil een nieuwe bril met me uitzoeken
in de Specsavers. Nieuwe brillen kies je niet zomaar,
had ze me verteld. Dat had ze online gelezen.
Je moet ze eerst goed bekijken.
Ze droeg tot voor kort roze brillen, maar het is tijd voor iets nieuws,
een bril voor de echte wereld. Celia weet nog niet wat ze wil
en er zijn zoveel brillen om uit te kiezen. Met sommige
brillen op lijken bibliotheken een verspilling van belastinggeld,
met een zware sterkte in je linkerglas vertrouw je de politie minder,
een monocle op je rechteroog vervormt de NPO tot links geneuzel,
en met multifocale brillen ziet Celia alles als waas. Ze kiest een rode bril
met polariserende glazen. Onderweg naar het station klaagt ze over de prijs,
ze weigert in de tweede klasse te zitten in de intercity,
en neemt de eerste klasse over. Celia is revolutionair geworden
en ziet alles als een strijd. Ik niet. Mijn bifocale bril
vind ik prima. Ik zet hem alleen af om hem te poetsen.
Ondanks hun neutrale taakstelling worden publieke instellingen (zoals universiteiten, de media, rechters of de politie) regelmatig beticht van politieke partijdigheid. Burgers zien deze ‘bias’ ook, maar wat men ziet, hangt af van de eigen politieke voorkeur. Zo zien linkse kiezers eerder een rechtse bias, terwijl rechtse kiezers eerder een linkse bias waarnemen. Erika van Elsas brengt dit soort percepties in kaart met enquêteonderzoek, waarin ze burgers in Nederland en in andere Europese landen vraagt hoe ze kijken naar publieke instellingen.
Je mag ook niks meer vervuilen
De bestuursraad ontdekt wat een paniekaanval is.
Gerard, Mark, Johan, Anne-Fleur grijpen elkaar bij het pak,
klotsen heen en weer als olievaten, dumpen alle bewijslast
over land, oceanen, atmosfeer, de koolstofcyclus, tussen
neushoorns en goudvissen, nu het nog ergens past.
Je mag ook niks meer vervuilen.
Vroeger gingen ze op hun knieën voor het hiernamaals,
kon je dag na dag de natuur laten gaan, maar
de laatste eeuwen letten we op het menselijk bestaan,
op hier en nu. En nu willen de activisten dat het klimaat staande blijft,
dat ze nog op iets lijkt wat je wil of wat je kan bewaren,
van hiernamaals, naar hier en nu, naar hierna op aarde.
De activisten rekken het begrip van schade op,
schuiven van persoonlijk bezit naar collectief belang,
verlangen naar people, planet, profit,
leggen de meeste profijt in duurzaamheid,
nemen rivieren in de hand als rechtspartners,
wisselen monopolies om voor sociaal eerlijk bezit,
over alles op de grond en wat er inzit,
gaan van recht op overleven, tussen smog
en drek, naar recht op echt leven.
De bestuursraad wordt voor het gerecht gesleept.
Gerard, Mark, Johan, Anne-Fleur worden veroordeeld voor misdaad
tegen land, oceanen, atmosfeer, de koolstofcyclus, tegen
neushoorns en goudvissen, omdat ook het recht met de tijd meegaat.
Weg van hiernamaals, of hier en nu, door naar hierna op aarde.
Maatschappelijke verschuivingen brengen ook veranderingen in het recht met zich mee. Sjarai Lestrade brengt de mogelijke veranderingen als gevolg van deze verschuivingen voor het strafrecht in kaart en geeft daarover advies. Dat gaat bijvoorbeeld over onze toenemende zorgen over het klimaat en de rol die het strafrecht heeft of kan hebben om klimaatschade te voorkomen. De kans is groot dat de strafrechtspraktijk van de toekomst niet alleen voornamelijk op de mens zelf let, maar op de mensheid in een milieu waar we voor moeten zorgen.
—
In Dokter, dichter verkent Thijs Kersten een nieuwe vorm van wetenschap. Losgebroken uit de ivoren toren spreken wetenschappers hier als dichters en klinkt hun onderzoek als ritmische poëzie, kleurrijke beeldspraak, en persoonlijke perspectieven. De gedichten verhalen en vertalen de onderzoeken van Karmelietzusters, dementiebestrijders, demonenvrienden en meer. Samen en in gesprek met 21 onderzoekers van de Radboud Universiteit, vindt Thijs een nieuwe gedeelde taal voor wetenschap en poëzie. Daarmee herontdekt de wetenschap wat ze al tijdenlang verloren is: ervaring, emotie en kunst.